Geaccrediteerde nascholing
Menu

Klinisch-chemische diagnostiek van diabetes

Door op 09-09-2019

De psychiatrische patiënt heeft een verhoogd risico op het ontwikkelen van diabetes mellitus type 2 (dm2) door het gebruik van bepaalde psychofarmaca en de relatie van bepaalde psychiatrische ziektebeelden, zoals schizofrenie met dm2. Gerichte screening op dm2 in deze patiëntengroepen is om deze reden essentieel. Conform de huidige richtlijnen wordt de diagnose diabetes mellitus gesteld volgens de volgende criteria: op twee verschillende dagen twee nuchtere plasmaglucosewaarden ≥ 7,0 mmol/l en/of een nuchtere plasmaglucosewaarde ≥ 7,0 mmol/l, of een willekeurige plasmaglucosewaarde ≥ 11,1 mmol/l, in combinatie met klachten die passen bij hyperglykemie. Bepaling van de HbA1c-waarde wordt niet aanbevolen voor de opsporing en diagnostiek van diabetes. In dit artikel worden de waarde en beperkingen van deze klinisch-chemische tests in relatie tot diagnostiek van diabetes besproken.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Zanden, J.J. van
Thema Klinisch-chemische parameters
Publicatie 9 september 2019
Editie Psyfar - Jaargang 14 - editie 3 - 2019 | nummer 3